In dit kleine erfgoedstadje is er veel wat herinnert aan de noeste arbeid van verschillende groepen van ambachtslieden en handelaren. Volg de route « En suivant Yann, le Roi des Chiffonniers » (in het spoor van Yann, de koning-voddenman) en je komt er van alles over te weten. Langs de oevers van de Jaudy komt de herinnering tot leven aan de zeilschepen, die hier welvaart brachten. In de tuin van de pastorie, met fraaie bloembedden, komt het verleden van de streek tot leven: in de zomer worden hier allerlei activiteiten georganiseerd rond de verbouw en verwerking van vlas.
Klik, doe inspiratie op en start…
Ontvang de nieuwsbrief over Bretagne!
Ontdekken La Roche-Derrien
De stad is in de 11de eeuw gebouwd door Derrien, de zoon van de graaf van Penthièvre, op een uitspringend rotsmassief boven de monding van de Jaudy. Vandaag de dag is er niets meer over van het fort dat waakte over de rivier, maar vanaf de Chapelle du Calvaire, die gebouwd is op de plaats van de vroegere donjon, heb je een prachtig uitzicht over de stad en het dal. De Église Sainte-Catherine werd gebouwd in de 13de eeuw en is vervolgens verbouwd. Tijdens de successieoorlogen is de kerk versterkt en werden uitkijkposten en schietgaten aangebracht. Ook de moeite waard zijn de fraaie, onlangs gerestaureerde glas-in-loodramen.
Wijken die herinneren aan de activiteiten van vroeger
Sporen uit de middeleeuwen vertellen de geschiedenis van de stad: de oude poort van het leprozenhuis, de plek waar ooit de pilori, de schandpaal stond, straatjes die aan de Engelsen herinneren of aan zilversmeden (Venelle des Anglais, d’Argent). In de Rue de la Fontaine zijn sporen te vinden van vroegere winkels met hun typerende vensters. De stad heeft twee delen. In het lage deel (« bas du pont ») woonden lompenhandelaren, een kleurrijk clubje, en de dakdekkers, die er een eigen taaltje op na hielden, het tunodo. In het hoger gelegen deel, rond de Place du Martray, woonden burgers in vakwerkhuizen uit de 15de tot 17de eeuw. De haven is een van de oudste van Noord-Bretagne en was belangrijk voor de handel van zout en wijn, en later ook voor het vervoer van dakleien, afkomstig uit lokale steengroeven.
Wist Je Dit?
Roche-Derrien had ooit de bijnaam « Kapital Stoup », de hoofdstad van de hekelaars (zij kaardden het vlas). In de streek Trégor wordt die naam nog wel eens gehoord.
Welvaart dankzij laken en leisteen
Tot het midden van de 20ste eeuw was de stad welvarend, dankzij winkels, ambachten, leisteengroeven en lakenindustrie. Tegenwoordig komt dat rijke verleden tot leven in brocantes, een jaarfeest en een middeleeuws feest.
