Een oneindig landschap, gelegen tussen twee rotsmassieven
Een lange rij duinen strekt zich ononderbroken uit over 35 km, tussen twee rotsige kapen. De “Grand site Gâvres-Quiberon”, die zich uitstrekt van het ene schiereiland naar het ander, ademt een sfeer van oneindigheid. Met zijn oppervlakte van 2.500 ha is het het grootste natuurgebied van de Bretonse kust. Er zijn verschillende soorten duinen te vinden: “wandelende” duinen, die groeien en verdwijnen onder invloed van de wind en de getijden, “grijze” duinen, waar lage begroeiing overheerst en hooggelegen duinen, langs de Côte Sauvage van het schiereiland Quiberon. In de verte, over de hier alomtegenwoordige oceaan, zie je de omtrekken van het eiland Groix, of van Belle-Île-en-Mer. In het achterland zijn een aantal meren en poelen te vinden die hun eigen bijdrage leveren aan de ecologische rijkdom van dit gebied. Zo’n 700 plantensoorten geven het gebied een kleurenpracht met duizend nuances, zoals bescheiden soorten paars, het roze van het Engels gras, het geelgroen van de groenknolorchis, een zeldzame orchideeënsoort… Ruik je die geur van kerrie? Dat is de helichrysum stoechas of kerrieplant. Hoor je die hoge, rollende zang? Dat is de strandplevier die over het strand rent, vlak langs het water, wanneer de zee zich bij eb terugtrekt. Een schouwspel dat niet snel verveelt.